Gedichten
Voor eeuwig vrij
Een hemel vol azuur,
zo smetteloos blauw,
zo mooi dat het begon te vervelen.
Een zuchtje wind
maande vriendelijk: geniet
toch van deze heerlijke spiegel.
Alras mengden beelden
met tijd en herinnering tot een grijsheid
die de stemming vertroebelde.
Als zoveel tijd en kleur
slechts grijs opleveren,
wat valt er dan nog te hopen?
Aan de rand van het graf
zag hij een ochtendhemel vol vuur,
zo genadeloos rood, zo mooi.
Een schot
brak de spiegel in scherven.
Zijn bloed kleurde het zand.
Tot de doden
‘Maar éénmaal per jaar is de stilte
tot de hemel toe van u vervuld
en belijden wij zonder woorden,
onze dankbaarheid, onze schuld’